5.1 Codering

Inleiding

Door het gebruik van codering wordt de communicatie tussen draadloze clients en uw Thomson Gateway beveiligd met een wachtwoordzin. Alleen clients met een correcte netwerknaam (SSID) en wachtwoordzin mogen verbinding maken met uw netwerk.

Coderingsmethoden

In loop der tijd zijn verschillende soorten codering ontwikkeld. De onderstaande lijst geeft een overzicht van de ondersteunde coderingstypen in volgorde van beveiligingsniveau. Het hoogste niveau van beveiliging wordt het eerst vermeld:

Voor een bedrijfsomgeving:

<

WPA-codering:
Als u dit coderingstype wilt gebruiken, moet een RADIUS-verificatieserver in het netwerk beschikbaar zijn. In dit scenario moeten draadloze clients zich eerst verifiëren bij de RADIUS-server. De RADIUS-server vertelt de draadloze client welke sleutel moet worden gebruikt voor het coderen van de gegevens op de client. De RADIUS-server wijzigt deze sleutel na een bepaalde tijd.

<

Als u in uw netwerk geen RADIUS-server hebt, gebruikt u een van de coderingstypen voor thuisgebruik en gebruik in een kleine kantooromgeving.

Thuisgebruik en gebruik in een kleine kantooromgeving:

<

WPA-PSK-codering:
De draadloze gegevens worden gecodeerd met een door de gebruiker gedefinieerde sleutel. Draadloze clients moeten met deze sleutel worden geconfigureerd voordat ze verbinding kunnen maken met de Thomson Gateway.

<

WEP-codering:
Het eerste coderingstype dat voor draadloze verbindingen wordt gebruikt. Net zoals bij WPA-PSK wordt een door de gebruiker gedefinieerde sleutel gebruikt. Bij het gebruik van WEP zijn echter enkele beveiligingsproblemen vastgesteld. Het wordt ten zeerste aangeraden om WPA-PSK in plaats van WEP te gebruiken.

Draadloze codering configureren

Ga als volgt te werk:

1

Open de Thomson Gateway.

2

Klik in het linkermenu op Bedrijfsnetwerk.

3

Klik onder Draadloos op uw toegangspunt.

De namen van toegangspunten hebben het volgende formaat: “WLAN:<Netwerknaam> (<Huidige snelheid>)”. Bijvoorbeeld: WLAN: Thomson83C7C7 (54Mbps).

4

De pagina Wireless Access Point verschijnt.

5

Klik in de Navigatiebalk op Configuration.

6

Onder Security kunt u de Encryption wijzigen. Voor het gebruik van:

 

4

WEP-codering, ga verder met WEP-codering configureren.

 

4

WEP-PSK-codering, ga verder met WPA-PSK-codering configureren.

 

4

WPA-codering, ga verder met WPA-codering configureren.